Geschiedenis Noorden
Historie van de geloofsgemeenschap in Noorden
Voor 1208 vond het kerkelijk gebeuren plaats in de Milandkerk, welke stond in het tegenwoordige Achttienhoven. Deze kerk werd vernield in de veldtocht van de bisschop van Utrecht, Dirk van Are, tegen de graaf van Holland. De nieuwe kerk werd gebouwd in de Noorderbuurt. Een zelfstan-dige kerk was het echter niet, had ook geen parochierechten en ressorteerde daarom onder de kerk van Nieuwkoop. Bij de hervormingen in 1581 werden alle bezittingen van de kerk door de Staten van Holland geconfisqueerd en het kerkgebouw toegewezen aan de gereformeerde gemeente. Het overgrote deel van de bevolking bleef trouw aan de katholieke beginselen en zocht naar mogelijkheden om toch weer samen te komen. Dit moest wel in het geheim plaats vinden. Na tientallen jaren min of meer in ‘t geheim te zijn samengekomen, trad men in 1631 – 1635 weer in de openbaarheid. In die tijd kwam een boerderij ter beschikking waarin de pastoor zijn intrek kon nemen De kerk zelf werd ingericht op de zolder. Deze boerderij stond tussen de huidige kerk en pastorie in. In 1816 kon door vrijwillige bijdrage en zonder overheidssteun een kerk worden gebouwd. Deze kerk werd aan de boerderij gebouwd in dezelfde stijl als het huis.
De huidige kerk is gebouwd in 1883 en behoort tot het bisdom Rotterdam en federatie Clara en Franciscus. De kerk is diverse keren gerestaureerd en aangepast aan de eisen van de tijd. Dit alles was mogelijk door de vrijgevigheid van de parochianen.(In 1807 waren er 729 parochianen en in 2011 ca. 1500.) Deze parochianen hadden het vroeger niet zo breed. Ze werkten bijna allemaal als rietsnijder, mostrekker of in de veenderij en hadden grote gezinnen. Rond 1916 zijn er groentekwekers gekomen op het verveende land. Veel tuinderijen zijn verdwenen of verhuisd naar de Noordse Buurt waar de meeste nu bloemen telen. Vanaf 1960 is er veel nieuwbouw in Noorden gekomen en veel inwoners werken nu buiten het dorp. Tot aan de Reformatie kerkten de Noordenaren in het kerkje op het Noordse Dorp. Later, vermoedelijk vanaf 1671, vonden zij onderdak in een boerderij die westelijk van de huidige kerk stond. In 1816 werd aan deze boerderij een ´echte´ kerk vastgebouwd, in de stijl van de bestaande boerderij.
Daar de kerk op een gegeven moment bouwvallig begon te worden moest uitgezien worden naar een plek voor een nieuwe kerk. Twee van de vijf kerkmeesters kozen voor het Noordse Kruis, volgens hen de meest centrale plek voor de nieuwe kerk. De parochianen kwamen immers uit Zevenhoven ( Noordse Buurt), Woerdense Verlaat, Achttienhoven, Westveen en Noorden. Dit alles leverde veel stof tot praten op. De bisschop besliste uiteindelijk en de betrokken kerkmeesters stapten op. Zij werden wel eervol ontslagen. Volgens overlevering is de strijd tussen de kerkmeesters over de juiste plaats van de kerk in het metselwerk vastgelegd. Van april 1882 tot en met april 1883 werd er gebouwd aan de nieuwe kerk, kosten exclusief pastorie ƒ 54.762,-, op 10 mei 1883 werd de nieuwe kerk ingewijd. Pastoor Teunissen was de bouwpastoor, architect was Y. Bijvoets, een leerling van de grote bouwmeester Cuypers.
De kerk is een neogotische kerk en meet binnenwerks 17 meter breed en 36 meter lang, de toren is 43 meter hoog. De kerk had vroeger 450 zitplaatsen maar vanwege enkele renovaties is dit aantal teruggebracht tot ongeveer 350. De toren kreeg in 1904 een uurwerk. Verwarming in de kerk werd in 1927 aangelegd, elektrisch licht in 1930 en waterleiding in 1932. Begin 1943 werden de drie luidklokken door de Duitsers geroofd en pas in 1947 kreeg de kerk weer nieuwe klokken. Het orgel stond tot 1970 op de zogenoemde koorzolder, in dat jaar is een ander orgel in de apsis geplaatst en het oude orgel afgevoerd. Tijdens de renovatie van het interieur in 1998 is het orgel opgehangen in de westelijke transeptarm. Tijdens de renovatie in 1970 is veel van de oude luister verdwenen, zoals preekstoel, communiebank, de gekleurde glas-in-loodramen en de meeste beelden. De kerk werd van binnen bekleed met porisosteen.
Zelfs de fraaie ramen in de apsis moesten het ontgelden en verdwenen achter de porisostenen. Dit laatste is tijdens de renovatie van het interieur weer ongedaan gemaakt. De pastorie, die op de plaats stond van de vroegere kerk, moest in 1977 het veld ruimen. Op die plaats verrees de Sint Jozefzaal en meer oostelijk werd een nieuwe, kleinere pastorie gebouwd.