‘Met vertrouwen je talenten inzetten die je hebt gekregen’. 

Telkens wanneer we ons hart, onze handen, onze tijd geven aan anderen, zijn we ‘kinderen van het licht’.

Zulke kinderen zetten het licht niet onder de korenmaat, maar laten het schijnen. Ze graven hun talenten niet in uit angst, gemakzucht of zelfbehoud. En ze stellen het ook niet alsmaar uit, goed te doen.

Want de dag waarop je je verantwoorden moet, schrijft Paulus, komt als een dief in nacht. Deze gedachten hebben we vaak kunnen gebruiken in avondwaken die we destijds mochten doen.

Doe het goede zo veel als je kunt, jij met jouw mogelijkheden. Doe dus wat je kunt, leert deze parabel, God rekent op jou, op mij, op ons. En doe het vandaag nog, want voor je het weet, is het te laat.